Is geestelijke vrijheid nog veilig bij VVD?

Gert Schutte (GPV, oud-lid Tweede Kamer) - afkomstig uit: Trouw (2005-10-10)

Nederland heeft in de loop der eeuwen een traditie van geestelijke vrijheid opgebouwd. In een tijd waarin vrijheid van godsdienst wereldwijd een onbekend begrip was werd hiermee in Nederland een begin gemaakt bij de Unie van Utrecht (1579). In de 19e en 20e eeuw groeide de overtuiging, dat deze vrijheid een noodzakelijk vervolg moest hebben met andere vrijheidsrechten: van meningsuiting, van vereniging en ook van onderwijs. Met de onderwijspacificatie van 1917 bereikte dit proces een hoogtepunt. Alle grote politieke stromingen in Nederland onderkenden de grote waarde van geestelijke vrijheid voor alle burgers.

De laatste jaren lijkt het erop, dat deze waarde steeds meer onder druk komt te staan. De aanleiding vormt veelal de vrees dat fundamentalistische moslims de geestelijke vrijheid zullen misbruiken. Om dat te voorkomen moet deze vrijheid aan banden worden gelegd.

In de discussie hierover komt vooral de vrijheid van onderwijs steeds weer aan de orde. Ook liberalen lieten zich hierbij horen. De één pleitte voor afschaffing van de vrijheid van onderwijs, de ander wilde een eind maken aan de bekostiging door de overheid van scholen op religieuze grondslag. Weer anderen vonden dat de onderwijsvrijheid ondergeschikt gemaakt zou moeten worden aan het discriminatieverbod van artikel 1 van de Grondwet.

De toenmalige onderwijsspecialist van de VVD Clemens Cornielje gruwde van al deze gedachten.

Dit voorjaar leek de zaak beklonken. De VVD aanvaardde een Liberaal Manifest, waarin geen pleidooien voor afschaffing van de vrijheid van onderwijs meer voorkomen. Van Aartsen verklaarde toen in deze krant, dat geen liberaal er behoefte aan heeft te treden in de verhouding tussen de mens en zijn god of goden. Dit zou veranderen als deze geloofsovertuiging zich in het publieke domein tegen de rechtsstaat keert.

Die lijn verdraagt zich goed met de traditie van geestelijke vrijheid, die immers nooit een vrijbrief was tegen aantasting van de rechtsstaat.

Wie verwacht had dat hiermee althans binnen de VVD de geestelijke vrijheid weer veilig gesteld was, is echter bedrogen uitgekomen. Dezer dagen kwam de Teldersstichting, het wetenschappelijk bureau van de partij, met een rapport over het integratiebeleid. Daarin moet ook het bijzonder onderwijs het weer ontgelden. De stichting van scholen op religieuze grondslag moet niet onmogelijk worden, maar voor bekostiging moeten ze niet in aanmerking komen. Op grond van de scheiding van kerk en staat moet de overheid zich volgens de Teldersstichting niet bezig houden met godsdienst. Dit zou ook strijdig zijn met het doel van het onderwijs, te weten kennisvergaring en ontwikkeling van het kind en niet “de belangen van ouders of levensbeschouwelijke groepen”.Bovendien zou bekostiging van zulke scholen ten koste gaan van “de gewetensvrijheid van kinderen en van de integratie”.

Deze argumentatie vormt een mix van oud-liberaal denken uit de 19e eeuw en moderne opvattingen over integratie naar liberaal model. Er wordt een beroep gedaan op waardevolle verworvenheden van onze samenleving: de scheiding van kerk en staat en de gewetensvrijheid. Maar dit beroep is er met de haren bijgesleept.

Door scholen op religieuze grondslag gelijk te behandelen met scholen op een andere grondslag houdt de overheid zich verre van een keuze voor een bepaalde religie. Zij respecteert juist de keuze van de school en de ouders op dit punt. Met de scheiding van kerk en staat heeft dit niets te maken, wel met het tegengaan van discriminatie op grond van godsdienst.

Het beroep op de gewetensvrijheid van kinderen miskent de verantwoordelijkheid van de ouders voor de opvoeding van hun kinderen. Die opvoeding houdt niet op de huisdeur maar heeft ook te maken met de schoolkeuze. In feite zegt de Teldersstichting dat ouders daarbij met alles rekening mogen houden behalve met hun geloofsovertuiging. Over gewetensvrijheid gesproken!

Met deze voorstellen voedt de Teldersstichting opnieuw de twijfel over de vraag of de geestelijke vrijheid nog wel veilig is bij de hedendaagse liberalen. Van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie zou je iets anders mogen verwachten.