Wet Bibob ingezet tegen Cornelis Haga Lyceum

20 april 2019

Het ministerie van Onderwijs wil een Bibob-toets voor het islamitische Cornelius Haga Lyceum. Rechtsgeleerden zijn kritisch over de manier waarop de overheid de omstreden school de voet probeert dwars te zetten.

Cornelis Haga LyceumIn de strijd tegen het bestuur van het islamitische Cornelius Haga Lyceum zet het ministerie van Onderwijs de Wet Bibob in. De wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Bibob) is bedoeld om zakelijke activiteiten van criminelen in de bovenwereld te dwarsbomen. Het ministerie heeft op 5 april een brief geschreven aan de bestuurder van het Amsterdamse Haga Lyceum. In de brief zegt de directeur Voortgezet Onderwijs van het ministerie dat zij wil uitsluiten dat ‘onderwijsgeld wordt gebruikt voor het plegen van strafbare feiten’. De schoolleiding had daarom voor vrijdag 19 april een vragenformulier in het kader van de Wet Bibob moeten invullen. Het ministerie dreigt nu de bekostiging van de school stop te zetten. Bestuurder Söner Atasoy heeft om principiële en praktische redenen besloten het formulier niet in te vullen. ‘Onderwijs valt niet onder de Bibob, dus dit is een onrechtmatige eis’, stelt hij.

Banden met terreur
De gemeente Amsterdam en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding maakten begin maart 2019 bekend dat zij alarmerende signalen over de school hadden ontvangen van de inlichtingendienst AIVD. In een ambtsbericht van de dienst staat dat Söner Atasoy en zijn broer Son Tekin ‘banden zouden hebben onderhouden’ met het aan IS gerelateerde Kaukasus Emiraat. Datzelfde ambtsbericht rechtvaardigt volgens het ministerie dat Atasoy moet meewerken aan een Bibob-onderzoek. Maar dat is Atasoy dus niet van plan .

Guerilla
Rechtsgeleerden zijn kritisch over de manier waarop het ministerie het Cornelis Haga Lyceum probeert te dwarsbomen. Volgens de Tilburgse hoogleraar Paul Zoontjens, die het gevecht rondom het Cornelius Haga Lyceum al lang volgt, begint het optreden van de overheid ‘op een soort guerrilla te lijken’. De inzet van de Wet Bibob om de geldkraan dicht te kunnen draaien is volgens Zoontjens onwettig. 'De bekostiging van onderwijs kun je alleen maar stopzetten als de inspectie vaststelt dat de kwaliteit van het onderwijs niet op orde is of als er te weinig leerlingen zijn. De Wet Bibob past totaal niet in het onderwijs.'

Tom Zwart, hoogleraar crosscultureel recht bij Universiteit Utrecht, spreekt van ‘bestuurlijke stalking’. Hij stelt dat de overheid in dit geval steeds probeert reputatieschade te veroorzaken bij de school, zonder dat er harde bewijzen liggen. Als de AIVD werkelijk iets concreets had gevonden, dan was het Openbaar Ministerie in actie gekomen, en dat is niet gebeurd.’

De Groningse hoogleraar algemene rechtswetenschap Jan Brouwer vindt het politiek onverstandig als het een doel van het kabinet is om polarisatie in de samenleving tegen te gaan. 'Door in paniek naar dit soort noodmaatregelen te grijpen, stigmatiseer je moslimkinderen op islamitische scholen en geef je de polarisatie in de samenleving juist een flinke zet.'

Nader beraad
Het ministerie van Onderwijs stelde vrijdagmiddag in een reactie dat de Wet Bibob wel degelijk van toepassing is op het voortgezet onderwijs. Op de vraag of het Cornelius Haga Lyceum volgende week geen geld meer krijgt als Söner Atasoy niet meewerkt aan het Bibob-onderzoek, wil de woordvoerder van minister Slob niet vooruitlopen. 'We wachten de reactie van het bestuur van het Cornelius Haga Lyceum af. Als we geen ingevuld formulier krijgen, dan zullen we ons nader beraden en naar bevind van zaken handelen.'

Dit is een bewerking van een artikel uit De Volkskrant, 20 april 2019, dat verscheen onder de titel: Bibob-toets voor omstreden islamitische school: ‘Bestuurlijke guerrilla tegen Haga Lyceum’

> Terug naar het nieuwsoverzicht <